De tram

De tram

Het “tramkotje” van Noordwelle (niet uitspreken als trem, maar gewoon als tram).

Dit is een scan van een kopie van een foto (geen goede kwaliteit dus). Ik weet niet hoe ik er aan kom. Er staat ook een tekst bij, die ik hierbij weergeef.

Nadat we de halte Serooskerke zijn gepasseerd, zijn we in Noordwelle aangekomen en links zien we het “tramkotje” al staan. De zichtbare zijde was met een schuifdeur afgesloten, want in deze abri had de tramagent Zonruiter zijn aankomst- en vertrekgoederen opgeslagen.

Aan de andere zijde bevond zich een open wachtruimte voor de tramreizigers. De eerste tram, komende vanuit de richting Burgh in de richting Zierikzee, stopte hier om even over half vijf. De jongen met de kruiwagen is Johan Viergever en bij paard en kar staat kruidenier C. van der Maas. Op de omheining van de veelading zit Piet Zonruiter.

Er waren volgens mij twee wachtruimten, één aan elke zijkant, afhankelijk van welke kant de tram kwam. Je kon hem dan al in de verte zien aankomen. Het witte hekje op de achtergrond is het hekje van d’eule bij de begraafplaats, die achter de bomen lag en nog ligt.

Als kinderen speelden we ook wel eens bij het tramkotje. Op een keer waren we daar weer, maar er kwam toen een begrafenisstoet aan, natuurlijk te voet.  Dat wisten we natuurlijk wel vanwege het klokgelui.

Om alles in goede banen te leiden was politieagent De Korte er ook bij. Voordat de stoet langs kwam, had hij ons dringend gesommeerd om in het tramhuisje te gaan staan, met ons gezicht naar de muur en we mochten vooral niet omkijken! Tijden later stonden we daar nog omdat we niet wisten wanneer we weer weg mochten.

Dit was nog voor de ramp.

Vroeger was er een uitgebreid tramlijnennet op Schouwen-Duiveland. Mensen en goederen konden per tram vanaf Zijpe, via Nieuwerkerk naar Zierikzee. Vervolgens  reed de tram via Schuddebeurs, Noordgouwe, Zonnemaire, Brouwershaven, Scharendijke, Noordwelle, Renesse en Haamstede naar Burgh.

Tijdens de tweede wereldoorlog werden spoor en spoormaterieel zwaar beschadigd. De watersnoodramp van 1953 gaf de genadeklap aan de tramlijnen op het eiland.

Na de ramp stond het tramkotje er nog wel, maar kon natuurlijk niet meer als zodanig gebruikt worden. Het dorp moest weer schoongemaakt worden en daarom werden er mensen (waaronder mijn vader) ingezet die met paard en wagen alle rommel die her en der verspreid lag op te laden. Het ging om de meest uiteenlopende zaken, zoals meubels, hout, keukengerei, serviesgoed, enz. Dat werd allemaal naar het terrein bij het tramkotje gebracht. Ik herinner me die bergen spullen nog wel, maar weet niet meer wat er daarna mee is gebeurd. Ik geloof dat de laag modder op een andere manier werd afgevoerd.

Er was ook een hele groep schoonmakers uit IJsselmuiden bezig de huizen schoon te maken. IJsselmuiden had Noordwelle in dat kader geadopteerd.

Het was toen omstreeks september 1953. In 1954 werd definitief een eind gemaakt aan het tramvervoer op Schouwen-Duiveland. Het werd vervangen door busvervoer.

Annemarie Priemis